zondag 26 mei 2013

Professor verwijt kabinet te hobbelen maar houdt zelf volkomen tegenstrijdig betoog.


Van professor Lex Hoogduin, van 2008 tot 2011 lid van de directie van De Nederlandse Bank en nu hoogleraar monetaire economie, mag je toch wel verwachten dat hij enig verstand heeft van economie. Als hij in de regionale kranten Dagblad De Limburger en Limburgs Dagblad van 18 mei jl. het kabinet Rutte 2 ‘hobbelig beleid’ verwijt, dan denk je dat hij dat goed zal onderbouwen.
Hij schat in dat er in 2014 nog meer bezuinigd moet worden, totaal zo’n € 20 miljard: “Dat wordt gezien de politieke verdeeldheid een hele zware opgave”. Voor Hoogduin staan verdergaande bezuinigingen voorop. Hij vindt dat overigens geen bedrag waarmee de economie kapot wordt bezuinigd. Hij noemt in het krantenartikel vooral de AWBZ: “Te veel zorggeld gaat naar de zorg voor 65-plussers”. Tot zover geen onbekend verhaal. Al is het weinig solidair van Hoogduin om de bezuinigingen als eerste af te wentelen op de zieke en hulpbehoevende burgers en hun verzorgenden / hulpverleners.

Maar dan raakt professor Hoogduin verstrikt in het dilemma waar menigeen geen oplossing voor heeft: “Bij het bezuinigen tot 20 miljard moet rekening worden gehouden met een redelijke economische groei”. Als die groei tegenvalt, dan moet men niet opnieuw nog meer bezuinigen: “Want dan dreigt een negatieve spiraal van toenemende werkeloosheid en oplopende vraaguitval”. Dus niet meer schulden maken om zo de werkgelegenheid en de economie te stimuleren. Daarbij komt dat het effect van deze maatregelen twijfelachtig, onvoorspelbaar en te risicovol is.

Ik neem aan dat professor Hoogduin toch nog wel eens het nieuws kijkt of een krant leest. Wat is al enkele jaren aan de hand?: de economie groeit niet meer, maar krimpt. Wat wel tegenwoordig fors groeit is de werkeloosheid. De negatieve spiraal waar Hoogduin voor waarschuwt, is al volop aan de gang.
Professor Hoogduin wil graag € 20 miljard bezuinigingen maar zegt dat je dat niet moet doen vanwege de negatieve gevolgen van de bezuinigingen. Je zou bij de professor wat meer begrip mogen verwachten voor het kabinet.
En één week later wordt al duidelijk dat de belangrijkste voorwaarde om te ‘mogen’ bezuinigen alweer verder uit het zicht is geraakt: fors verminderde belastinginkomsten in de eerste maanden van dit jaar. Dat leidt tot een prognose van in totaal € 8,3 miljard minder belastinginkomsten voor geheel 2013. Dit vanwege het niet aantrekken van de economie. Aan professor Hoogduin maar ook aan het kabinet de vraag: “Moeten we nu wel of niet meer ombuigen?”

Daarnaast maakt Professor Hoogduin, zoals zo velen, de fout dat hij onderscheid maakt tussen bezuinigingen en lastenverzwaringen terwijl dat macro-economisch weinig verschil maakt. Tenminste als je streeft naar ± begrotingsevenwicht en niet met toenemende schulden de problemen op de toekomst afwentelt. Bezuinigen of lasten verzwaren is vooral behartigen van belangen en kiezen voor wie je wel of niet iets gunt. Bij bezuinigingen worden bepaalde groepen (bv. via zorg, onderwijs, uitkeringen) extra hard getroffen. Lastenverzwaringen zoals verhoging van belastingen en accijnzen, worden meer uitgesmeerd over de maatschappij . De euro die de overheid uitgeeft, is ‘even’ aan de economie onttrokken geweest en wordt daarna weer (op een andere plek) in de economie gepompt.

Gelukkig eindigt het verhaal van de professor goed. Hoogduin pleit voor een ingrijpende verduurzaming van de Nederlandse economie. Dat leidt tot ‘schone’ werkgelegenheid en groei.
Ik ben dat met Hoogduin eens. De economie moet ook verduurzamen, zodat deze in een nieuw en langdurig evenwicht terecht komt.
Veel burgers doen al wat professor Hoogduin verlangt: minder uitgeven aan (duurdere) consumptieve goederen, (hypotheek)schulden verminderen en sparen of ‘buffers bouwen’. Ook de banken zijn zuiniger en bezig met het bouwen van buffers. Het handelen van de burgers en banken is vooral bedoeld om toekomstige risico’s te verminderen. Zou volgens professor Hoogduin ook de overheid moeten doen. Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan met een kwakkelende economie, waarbij er onvoldoende netto rendement is in de vorm van overheidsinkomsten om in onze samenleving te investeren. Het wordt dan toch kiezen tussen bezuinigingen en lastenverzwaringen met beide vergelijkbare negatieve gevolgen. Waar wel met een positief vooruitzicht: minder maatschappelijke schulden zorgen op termijn voor meer bestedingsruimte vanwege de lagere rente en aflossing.


maandag 20 mei 2013

Café Mondiaal 6 juni as: thema 'energie en klimaat'




Persbericht

Café Mondiaal, 3de aflevering
6 juni, aanvang 19.30 uur.
Café Pelt, Pancraatsplei 48, Heerlen (Heële)

Energie en klimaat

De derde aflevering van Café Mondiaal heeft als thema Energie en klimaat. De bijeenkomst wordt georganiseerd door Transition Town Parksjtad Limburg in samenwerking met HeerlenMondiaal.
Helmut Steeman van Transition Town Parksjtad zal bij de start van het gesprek kort uitleggen hoe nu in Nederland elektriciteit opgewekt wordt en welke gevolgen dat heeft. Hij zal goede alternatieven aandragen waarmee bovendien geld verdiend kan worden. Hij spreekt daarbij uit eigen ervaring.

Uiteraard komen ook warmtevoorziening en transport aan bod. Tevens worden actuele thema's besproken zoals de nieuwe kolengestookte elektriciteitscentrales, de toekomst van kernenergie, schalieolie en -gas en teerzand, de neveneffecten van biogas en biobrandstoffen, maar ook de reikwijdte van duurzame energiebronnen en energiebesparing. Tevens wordt stilgestaan bij de relatie tussen energiegebruik en klimaat(verandering).

De centrale vragen zullen zijn: hoe er in de toekomst evenwicht kan worden bereikt tussen het energiegebruik van onze samenleving en een duurzaam functioneren? Welke verwachtingen zijn mogelijk maar ook realistisch? Wat kunnen burgers zelf doen?



Achtergrondinformatie

• De organisatoren gaan ervan uit dat het risico op het veranderen van het klimaat door het gebruik van fossiele brandstoffen en in het bijzonder de uitstoot van CO2 groot is. Deze relatie is wellicht niet 100 % aangetoond, maar door de organisatoren wordt deze voldoende waarschijnlijk geacht. Daarmee volgen zij de grootst gemene deler van het IPCC (Intergovernmental Platform on Climate Chance) en het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (De Bilt). Dat neemt niet weg dat ook dit een deel van de discussie kan vormen.

• Café Mondiaal beoogt verdieping te geven aan inhoudelijke thema’s, die betrekking hebben op mondiale problemen: ontwikkelingsproblematiek, verdeling armoede en rijkdom, vredesvraagstukken, klimaat- en milieuproblemen. De bijeenkomsten bestaan behalve uit een korte inleiding, vooral uit gesprek en discussie. Er wordt over het algemeen geen gebruik gemaakt van ‘ingevlogen deskundigen’, maar alle aanwezigen krijgen desgewenst de gelegenheid om hun zegje te doen. De bijeenkomsten zijn zelf niet specifiek gericht op resultaat, maar men kan wel inspiratie en motivatie opdoen om met een bepaald thema aan de slag te gaan.

• Café Mondiaal is normaal gesproken de eerste donderdag van de maand in café Pelt.

• Voor meer informatie kunt u terecht bij Helmut Steeman of Harrie Winteraeken.

Helmut Steeman en Harrie Winteraeken

Vestiging logistiek bedrijf Honold op Avantis heeft wellicht keerzijde.


De vestiging van het logistiek bedrijf Honold op het grensoverschrijdende bedrijventerrein Avantis (Heerlen-Aken) heeft wellicht keerzijde.

Op 14 mei berichten onze regionale kranten Limburgs Dagblad en Dagblad De Limburger op de voorpagina dat het Duitse logistieke bedrijf Honold zich gaat vestigen op Avantis. Ze hebben 8,2 hectare grond gekocht en bouwen daar een loods van 4,4 ha. Er worden 100 arbeidsplaatsen gecreëerd en er zijn nog mogelijkheden voor uitbreiding. Natuurlijk vindt de gemeente dit een succes. Dit alles is mogelijk gemaakt door een verandering van de koers en het bestemmingsplan voor Avantis. Men mikt bij de gemeenten Heerlen en Aken niet langer op hightechbedrijven.

Het is moeilijk om op een beetje standvastige wijze ruimtelijke ordening te bedrijven. Eind vorige eeuw werd ik als GroenLinksraadslid verleid om in te stemmen met het grensoverschrijdende bedrijventerrein. Vooral het hoogwaardige karakter van het terrein en de beoogde bedrijven plus de vele in het vooruitzicht gestelde arbeidsplaatsen gaven de doorslag. Algemeen aanvaarde uitgangspunten indertijd. Het landschappelijk waardevolle gebied inclusief het biotoop van de veldhamster of korenwolf zou niet opgeofferd worden aan een gewoon bedrijventerrein.
Lang hebben de gemeenten dit concept volgehouden, maar niet lang genoeg? Hoogtepunt zou het World Trade Center worden, waarvan ik overigens vond dat dit kantoorachtige bedrijf met publieksfuncties beter in het centrum van Heerlen terecht moest komen. Van het WTC hoor je tegenwoordig niks meer.

Het concept van Avantis is in de prullenmand beland. De hectares moeten blijkbaar zo snel mogelijk worden verkocht om de exploitatietekorten te drukken. Het aantal arbeidsplaatsen van slechts 12 per hectare (met wellicht nog wat groei in de toekomst) benadert bij lange na niet de meer dan 100/ha die voor Avantis voorzien waren (en die ook bijvoorbeeld nodig zijn voor een rendabele openbaar vervoervoorziening).
En nog erger, met de grote loods en de waarschijnlijk honderden vrachtautobewegingen per dag, wordt het vestigingsklimaat op Avantis beduidend minder aantrekkelijk voor die ondernemingen die hier eigenlijk meer gewenst zijn. Nu kan men beweren dat die toch niet komen, maar we zetten bij het stimuleren van het economisch beleid daar wel zwaar op in. We willen in Limburg de innovatieve kenniseconomie bevorderen, samen met de topgebieden Eindhoven en Aken en in het bijzonder de RWTH. Overal wordt ingezet op ‘campussen’.

En in Heerlen wordt het best hiervoor ingerichte bedrijventerrein verkwanseld aan een ouderwetse transportonderneming. Niet eens ‘value added logistics’ maar alleen opslaan en verplaatsen van goederen. Natuurlijk zijn die 100 arbeidsplaatsen welkom. Maar waarom vestigt Honold (ik heb niets tegen de onderneming zelf) zich niet op het naastgelegen bedrijventerrein Beitel-Zuid? Dat bedrijventerrein heeft ook nog plek zat, heeft een veel passender profiel en als de gemeente daar grond verkoopt, dan komt dit ook de totale exploitatie van het grondbedrijf ten goede. Zo behoudt Avantis voorlopig zijn aantrekkingskracht voor de hoogwaardige bedrijven waarvoor het bedoeld is.

Op vrijdag 17 mei werd het bovenstaande stukje voor ± de helft gepubliceerd in DDL en LD als ingezonden brief in de editie Parkstad.

maandag 13 mei 2013

Terugblik op discussieavond “Interventies bij internationale conflicten"


Terugblik op de discussieavond “Interventies bij internationale conflicten, geweldloos of militair?”
“Niets doen is geen optie”.
Café Mondiaal, 2 mei 2013 in café Pelt, Pancratiusplein te Heerlen.


Het onderstaande stukje is een terugblik mijnerzijds en geen verslag. Er is ontzettend veel gezegd in het dik 2 uur durende gesprek en het is ondoenlijk om het samen te vatten. Er waren acht deelnemers, allen mensen met veel kennis en ervaring. Het gesprek was dan ook kwalitatief hoogstaand. Eigenlijk beantwoordde het in alles aan de uitgangspunten en de bedoelingen van een geslaagde Café Mondiaal: op de eerste plaats een bijeenkomst van liefhebbers van een goed thematisch gesprek over een onderwerp waar men belangstelling voor heeft.

Het gesprek was voorbereid met het opstellen van een aantal mogelijkheden van interventies en enkele centrale vragen. Deze lijst, die niet de bedoeling had om uitputtend te zijn, is nog op een aantal plekken aangevuld. Aardig was dat bleek dat over de niet-gewelddadige interventies en zijn succes- en faalfactoren Richard B. Gregg het boek Power of Non-violence heeft geschreven. Voor degene die zich er verder in wil verdiepen.

Wanneer is ‘ingrijpen’ gerechtvaardigd? Voor de deelnemers staat voorop als de mensenrechten niet of onvoldoende worden gerespecteerd of dat de bestaanszekerheid in het geding is. Solidariteit is het sleutelwoord.
Wat een interventie succesvol maakt is niet bij voorbaat duidelijk. Waarom stapte de president van Tunesië, Zine El Abidine Ben Ali op na vreedzame protesten en Bashar al-Assad van Syrië nog niet als zijn halve land in puin ligt. Welke interventies bouwen de juiste druk op waarvoor men blijkbaar gevoelig en ontvankelijk is? En wat maakt geen indruk of waar trekt men zich niets van aan? In het laatste geval heeft zo’n actie natuurlijk weinig zin en als men dat van te voren ziet aankomen, dan kan men zich de moeite sparen of beter iets anders doen?

De interventies zijn er veel van aard. Wat een interventie tot een positieve of negatieve maakt, is vooral afhankelijk van het doel van de interveniërende partij en wie men wil steunen. Vergelijk de internationale strijders tegen het fascisme in de Spaanse burgeroorlog met de islamitische jongens die vanuit Nederland en België in Syrië gaan vechten. We kiezen dus zelf onze partners, die aansluiten bij onze ideologische doelstellingen.
Een ander punt is het wezenlijke belang van goede informatie. Deze informatie moet betrouwbaar zijn en zo mogelijk zelfs onafhankelijk. Dat is niet altijd het geval. Er wordt zelfs zeer veel en ook vaak geniepig gemanipuleerd met informatie. Bij groepen die je vertrouwt is het dan ook noodzakelijk dat ze goed met je kunnen communiceren. Daarbij is indrukwekkende informatie ook nodig om krachten te bundelen en te mobiliseren.

Vrij opvallend was dat, in tegenstelling tot wat men wellicht zou verwachten, de nadruk werd gelegd op niet-militaire interventies. De grens tussen wel of niet gewelddadig ingrijpen werd niet goed omschreven. Zelfs in een geval van Syrië durfden de gesprekspartners niet te beweren dat hier militair ingrijpen noodzakelijk of de enige potentieel succesvolle ingreep is. Daarvoor zijn er niet alleen te veel voorbeelden van falend militair ingrijpen. Maar voor de meesten geldt het uitgangspunt dat conflicten niet met geweld en ten koste van vele onschuldige burgerslachtoffers mogen worden opgelost.
Ook werd aangehaald dat er na de huidige burgeroorlog en na het hopelijk spoedig afzetten van het bewind van Bashar al-Assad niet het risico mag worden gelopen dat de strijdende oppositiepartijen de strijd onderling vervolgen omdat ze van mening verschillen over de toekomst van hun land én omdat ze alleen de taal van de wapens kennen. Van belang is dat in Syrië groepen mensen zich kunnen voorbereiden op een zo democratisch mogelijke machtsvorming, zodat ook een vreedzame maatschappij kan ontstaan. Die groepen mensen verdienen onze steun.

Vanzelfsprekend zijn er ook verbanden gelegd tussen ‘onze bemoeienis’ en andere ontwikkelingen dan conflicten. En er worden ook vanuit het Vredesplatform en HeerlenMondiaal veel vormen van interventies gebruikt. Zo worden brieven naar ministers geschreven en handtekeningacties gehouden. Maar ook het werken aan bewustwording is van groot belang. Informatie doet handelen? Door het mobiliseren van mensen wordt het handelen indrukwekkender. Zie de handtekeningenacties van onder andere Avaaz via internet. (Bijvoorbeeld en naast veel andere acties waren er 2,6 miljoen ondertekenaars van een petitie tegen pesticiden die bijen bedreigen, wat onlangs mee heeft geleid tot besluitvorming van de Europese Unie om het gebruik van deze pesticiden te stoppen).

Zo kan ook het voorbeeld van de ramp als gevolg van het instorten van het gebouw Rana Plaza in Savar, een voorstad van Dhaka, Bangladesh dienen, met een directe relatie met het kledingconcern Primark (zie elders op de website en in deze Inkijk). Een dag eerder was het de Dag van de Arbeid. Daarin wordt vaak teruggekeken naar de strijd om de verwerving van de rechten van de arbeiders. De Dag van de Arbeid had zijn oorsprong in de 19de eeuw, maar het is nu nog hartstikke actueel in bijvoorbeeld de kledingindustrie van Bangladesh. Mensen worden geholpen om voor het kledingrek een bewuste keuze te maken met het foldertje ‘Duurzame kleding (en voeding?)’ van leerlingen van het Bernardinuscollege en de Werkgroep Heerlen Millenniumgemeente. Bewustwording.
Maar het bereik is niet groot genoeg? De meeste mensen zijn zich onbewust van de wantoestanden bij de kledingproductie in ontwikkelingslanden. Van het gifgebruik voor de productie van katoen tot en met de slechte arbeidsomstandigheden voor de textielarbeidsters en de armoedige lonen. Onbewust. Met de herdenking van 4-5 mei in mijn achterhoofd komt ook het zinnetje “Wir haben es nicht gewußt” in me op. Men weet het niet en men wil het ook niet weten? We vinden dat we genoeg andere zorgen aan ons hoofd hebben. En wat niet weet, dat niet deert, of hoeft ook niet te leiden tot handelen. Maar ik denk ook aan Martin Luther King: “Voor het slagen van het kwade is niets anders nodig dan dat goede mensen niets doen.” Dus voor menigeen geldt gelukkig: “Niets doen is geen optie”.


Café Mondiaal, 2 mei 2013 over ‘interventies’:
Niets doen is géén optie! (Maar wat dan wel?)

Niet-uitputtende lijst van mogelijke interventies met tussen haakjes voorbeelden:

Overheden (landen, EU, OVSE, NAVO, VN, Veiligheidsraad):
1. Stille diplomatie.
2. Diplomatie inclusief publiciteit.
3. Sociale controle (eisen voor goede betrekkingen – Turkije / Koerden).
4. Culturele boycot (incl. sport).
5. Handelsboycot (leveren of importeren van bepaalde producten – Iran, Noord Korea).
6. Humanitaire hulp aan burgers (voedsel, medische hulp – Darfoer, Soedan).
7. Vluchtelingen en ontheemden ter plaatse en in buurlanden helpen (Rode Kruis - VN).
8. Positieve houding asielaanvragen.
9. Organisatorische hulp aan oppositie (bv. communicatieapparatuur).
10. Gerichte hulp en samenlevingsopbouw (politiemissie Kunduz?).
11. Manipulatie van informatiestromen.
12. Internetaanvallen (sinds kort zeer actueel).
13. Wapenboycot of –embargo.
14. Wapens leveren aan oppositie (Libië).
15. Vredesmissie (combinatie militaire en humanitaire hulp).
16. Internationale vredesmacht (VN, NAVO, Unie van Afrikaanse landen, individuele landen).
17. Luchtruimbescherming / no fly-zone / Patriots.
18. Acties geheime dienst (Zuid-Amerika, Afrika).
19. Misdragende leiders uitschakelen.
20. Dreigen met militaire interventie.
21. Inzetten van huurlingen.
22. Beperkte militaire interventie (Mali, Libië, drones).
23. Grootschalige militaire interventie (Golfoorlog, Irak, Afghanistan).

Burgers:
1. Handtekeningenactie en schrijfacties (Amnesty)
2. Sociale media (Twitter, Facebook, Avaaz, One)
3. Consumentenactie (Shell, Outspan, tropisch hardhout, afzien van bezoeken)
4. Informatie- en discussiebijeenkomsten
5. Publieke opinie hier beïnvloeden en hiervoor publiciteit genereren / politieke propaganda.
6. Aandacht vragen bij de eigen regering / vragen om actie te ondernemen.
7. Manifestatie en protestmars (Vietnam)
8. Contacten onderhouden en geld geven aan organisaties / inzamelingsacties
9. Ondersteunen burgerlijke acties en vreedzaam verzet. (IKV Pax Christi)
10. Menselijk schild en Vredesbrigades (Peace-brigades Palestina)
11. Deelnemen aan gewapende strijd (Spaanse burgeroorlog, Syrië)


Centrale Vragen voor de discussie:
1. Wanneer is welke interventie succesvol? Maar wat waren faliekante mislukkingen of werden geen resultaten bereikt?
2. Wanneer kan een bepaalde interventie beter niet plaatsvinden?
3. Is er sprake van een ‘interventieladder’ bij toenemende escalatie?
4. Hoever reiken de mogelijkheden van succesvolle geweldloze interventies?
5. Wat te doen bij meningsverschillen over bepaalde interventies (bv. Rusland en China in de Veiligheidsraad)?
6. Hoe verstrekt tegenwoordig het mandaat van de NAVO? Frankrijk in Mali. Groot Brittannië in Syrië?
7. Wat te doen bij misdragende vrienden? Turkije, Hongarije, Rusland?





vrijdag 10 mei 2013

Hoe blij moet Heerlen zijn met de komst van Primark?

Hoe blij moet Heerlen zijn met de komst van Primark?

Enkele maanden geleden werd bekend dat de zeer populaire Ierse modewinkelketen Primark zich gaat vestigen in het op te knappen winkelcentrum De Plu in het winkelcentrum van Heerlen. Ze denken aan een winkel van ± 6.000 m² vloeroppervlak. Er waren veel positieve reacties zoals een enorme impuls; eindelijk weer een trekker voor de stad, die de huidige rampspoed gaat keren; goed voor de omzetten, de zaak gaat veel werkgelegenheid bieden en de consument heeft er een hele mooie winkel bij waar velen goedkoop zullen slagen.
Een Primark in de nieuwe Plu zal zeer waarschijnlijk een succesvolle winkel worden. Het kernwinkelcentrum van Heerlen wordt er wellicht sterker van, zeker als ook over enkele jaren het winkelcentrum in het Maankwartier publiek gaan trekken.

Maar in een commentaar in de regionale kranten werden toen ook al wat negatieve aspecten gesignaleerd. Het gaat slecht met de detailhandel en in het bijzonder met de kleding- en schoenenzaken. “Nul dagverkopen zijn in modeboetieks eerder regel dan uitzondering”. De leegstand van winkelpanden is in verhouding met de rest van Nederland verontrustend groot en groeit. Het consumentenvertrouwen is extreem laag.
Als het gegeven klopt dat de mensen een euro maar één keer kunnen uitgeven, dan zal de komst van de succesvolle Primark waarschijnlijk maar weinig andere winnaars kennen. Bij veel meer zaken zal naar verwachting de omzet verder dalen. De omliggende straten en de andere winkelcentra in Parkstad Limburg zullen waarschijnlijk nog meer leegstand krijgen. Neem het zieltogende winkelcentrum van Kerkrade maar als voorbeeld. Toenemende leegstand is een keerzijde van de medaille, die ook veel maatschappelijke inspanningen gaat vragen. Hoe zou de balans uiteindelijk uitslaan? Een gemeentebestuur dat streeft naar één gemeente in Parkstad zou de detailhandelsstudies en de negatieve gevolgen van nieuwe ontwikkelingen voor deze streek een stuk serieuzer moeten nemen.

En hoe blij moeten we verder zijn met Primark? De goedkope kleding is van harte welkom. Maar de afgelopen week werd zeer pijnlijk duidelijk wie voor deze goedkope kleding de rekening betaalt. Het instorten van het gebouw Rana Plaza in Savar, een voorstad van Dhaka, Bangladesh, is een grote ramp waarbij meer dan 1.000 mensen omkwamen. Vreselijk. Deze tragedie heeft natuurlijk zijn oorsprong in Bangladesh zelf. Maar Bangladesh is een van de armste landen van onze wereld. In het land is te weinig goed geregeld en dus zijn er misstanden en gebeuren er ongelukken. In het gebouw waren vijf naaiateliers gevestigd met meer dan 3.000 werknemers die onder andere aan Primark leveren. Het is goed dat Primark, net als enkele andere westerse kledingwinkelketens, in dit geval ‘compensatie’ gaat betalen. Je zult maar als kind in zo’n land je moeder en kostwinner verliezen. Deze kledingwinkels erkennen daarmee dat ze mede verantwoordelijk zijn voor de ramp van Rana Plaza. Maar al beloven ze nu beterschap, het is verschrikkelijk achteraf. En deze ramp is er ook een in een reeks. En de misstanden in de kledingindustrie zijn nog veel verder verspreid.

Bangladesh is een van de belangrijkste kledingproducenten van de wereld. Ze slagen erin om onder slechte arbeidsomstandigheden producten te maken die aan onze kwaliteitseisen voldoen. Ze doen dat wat arbeidsrechten en werksituatie betreft onder vroeg-kapitalistische omstandigheden die vergelijkbaar zijn met de industriële 19e eeuw hier. Ook kinderarbeid is nog lang niet overal uitgesloten. Dit alles zou voor onze samenleving onaanvaardbaar moeten zijn.

Maar in een tijd dat hier ontwikkelingssamenwerking onder druk staat, wordt weer eens duidelijk dat onze welvaart nog steeds veel profiteert van hun armoede. Met lonen van € 70 per maand en extra lange werkweken worden mensen gedwongen tevreden te zijn omdat het nog veel beter is dan geen werk hebben. Primark laat zien dat onze koopjes de kansloosheid daar in stand houden. Deze uitbuiting moet stoppen en hiervoor is een brede omschakeling noodzakelijk.
Heerlen heeft als Millenniumgemeente onderschreven dat we moeten streven naar eerlijke handel met ontwikkelingslanden, zodat ze zelf kunnen werken aan een betere opbouw van hun land. Eerlijke handel met eerlijke prijzen voor de producten, dat is ook een belangrijke vorm van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Daar zouden we Primark, maar ook de andere detailhandelsketens in de kledingbranche indringend op moeten aanspreken. Wij burgers die voor het kledingrek staan. Maar ook ons ‘rood’ gekleurde college van B&W zou dat moeten meewegen in zijn beleidskeuzes.

Harrie Winteraeken
Voorzitter HeerlenMondiaal