Energiepolitiek
Café Mondiaal van 7 mei 2015 had als thema ‘Energiepolitiek’. Het wordt
daar ‘politiek’ genoemd omdat er vaak sprake is van politieke keuzes. Het
onderstaande is voortgekomen uit de inleiding voor deze Café Mondiaal.
Energiegebruik
We gebruiken
allemaal veel energie, vaak zonder daar verder over na te denken. Over het algemeen
gebruiken we vooral elektriciteit, gas en brandstof voor onze mobiliteit. We
tanken waarbij we vooral oog hebben voor de literprijs en niet de vele honderden
liters fossiele brandstof die we jaarlijks gebruiken.
We gebruiken gas
voor verwarming, warm water en om te koken en elektriciteit voor talrijke
apparaten. Stroom wordt weer gemaakt vanuit diverse energiebronnen. De
belangrijkste bronnen van elektriciteit zijn: aardgas, aardolie, steenkool,
kernenergie, windmolens, zonnepanelen en waterkracht. Daar wisselen de
onderlinge verhoudingen van deze bronnen
in de tijd. Over lange perioden: steenkool – aardgas – kernenergie – weer
steenkool. Maar ook dagelijks: in de ochtend-
en avondpiek en bijvoorbeeld afhankelijk van zon en wind.
We zijn aan
energie verslaafd. Wij kunnen niet zonder. Onze maatschappij kan niet zonder.
Maar aan elk van deze energiebronnen zijn voor- en nadelen verbonden.
Energie- en geopolitiek
Voor het gebruik
van energie kan men persoonlijk keuzes maken. Maar het is ook een belangrijk
politiek onderwerp. Bijvoorbeeld aardgas: het gebruik en de export van aardgas zijn
een belangrijke bron van inkomsten van onze staat: de aardgasbaten. Maar
aardbevingen in Groningen zijn de keerzijde. En als men de aardbevingen wil
verminderen dan blijkt dat we de gaskraan niet zo gemakkelijk kunnen
dichtdraaien.
Want waar moeten
we dan voor kiezen? Aardgas uit Rusland? En daarmee president Vladimir Poetin
meer macht geven? Zoals hij Oekraïne aan een gasinfuus heeft dat hij naar
believen open en dicht draait.
Duitsland sluit
zijn kernenergiecentrales, Japan heropent weer twee kerncentrales. In België
zijn ze zo verouderd dat ze vanzelf de geest geven. Frankrijk gaat
onverstoorbaar verder? Momenteel wordt daar 75 % van de elektriciteit uit
kernenergie gewonnen. Minister Ségolène Royal bereidt echter een wet voor:
kernenergie naar 50 % en meer duurzame energie. Bijvoorbeeld windmolens op
termijn 40 %? Maar er is veel weerstand
Zo kan in Spanje
meer zonne-energie worden opgewekt, bijvoorbeeld voor Frankrijk. Maar Frankrijk
wil geen elektriciteitskabels over de Pyreneeën.
Europese Unie
streeft naar een Energie Unie of op zijn minst meer samenwerking. Nu doet ieder
land wat men daar het beste vind. Echter, alle landen hebben hun doelstelling
voor een bepaald percentage duurzame energie. Niet iedereen moet het wiel opnieuw
uitvinden, maar doen waar iedereen goed in is. Bijvoorbeeld het zuiden meer zon
en het noorden meer wind.
Er is een plan
voor een groot elektriciteitskabelnetwerk voor heel Europa. Maar ook hier zijn
er hobbels en die zijn groter dan dat dorpen in Duitsland protesteren tegen de
aanleg van een ondergrondse elektriciteitskabel. Wat te doen met de
kolencentrales die momenteel op volle toeren draaien omdat steenkool en
bruinkool erg goedkoop zijn. Er dreigt overproductie. Omdat er bijna geen
stroom kan worden opgeslagen, wil Duitsland graag verkopen. De prijs bij
piekproductie daalt tot negatief: Duitsland wil geld toegeven als elektriciteit
de grens over mag worden getransporteerd.
Weinig
transparant is de rol van de energiegiganten. De oliemaatschappijen? Shell in
Nigeria? De elektriciteitsmaatschappijen: Bv. Essent promoot groene stroom maar
bouwt ook een steenkoolcentrales in Eemshaven. Een moderne gascentrale in
Maasbracht wordt na een dure renovatie gesloten. Hoe zit het met moederbedrijf
RWE met bruinkoolcentrales? Beetje klem tussen oud en nieuw zitten ze wel.
De EU wil ook een
gezamenlijk beleid en samen inkopen. Zo kan ook meer tegenmacht worden geboden
tegen Rusland. Voorstander zijn Oost-Europese landen die tot 100 % afhankelijk
zijn van Russisch gas. Tegenstander is Nederland dat liever vrije markt wil.
Aardolie is al
veel besproken. Zo is aardolie ook een bron van oorlogen – vooral in het
Midden-Oosten. Moeten we aardolie kopen uit Saoedi Arabië, Irak en/of Iran?
Mogen we blij zijn met de recente nucleair akkoord met Iran over de
ontwikkeling van kernenergie? Is Iran daarmee geen ‘schurkenstaat’ meer?
De
klimaatverandering:
Bij verbranding
van veel brandstoffen kom t CO2 (koolzuurgas) vrij. CO2 is
naast CH4 het belangrijkste broeikasgas. En broeikasgassen zorgen in
onze atmosfeer voor minder uitstraling van warmte, waardoor de aarde opwarmt.
Bij fossiele brandstoffen (aardolie, aardgas en steenkool) is het oude CO2
die vrijkomt. Oude CO2 is vastgelegd bij het ontstaan van deze
brandstoffen ver terug in de geologische geschiedenis van deze aarde. Bij
brandstoffen zoals biogas of hout, die ontstaan uit recent vastgelegde CO2,
is er geen sprake van toevoeging van CO2 aan het ‘systeem
Aarde’.
We kennen de
verwachting dat fossiele brandstoffen langzaam maar zeker opraken. (Peak Oil –
we naderen het punt dat de maximaal mogelijke olieproductie is bereikt). Maar
de zoektocht naar nieuwe winvelden van fossiele brandstoffen gaat door, bijna
met manisch fanatisme,, bijvoorbeeld richting Noordpool. En er hebben zich alternatieven
voor olie aangediend: bijvoorbeeld schaliegas is in de Verenigde Staten van
Noord-Amerika een realiteit. En steenkool is er nog erg veel.
Dus ondanks
mogelijke schaarste in de toekomst is fossiele brandstof (olie en steenkool) op
het ogenblik erg goedkoop. Dat is positief voor onze economie en negatief voor
ons klimaat. En als wij zuinig aan doen, zorgen dan de ‘nieuwe wereldmachten’
China, India en Brazilië wel voor verder toename van het gebruik van fossiele
brandstoffen en daarmee een onomkeerbare toevoer van broeikasgassen? En gunnen
we de arme kant van onze wereld ook meer energie om hun welvaart te vergroten?
Energiebesparing
Aan ons grote
energiegebruik valt nogal wat te verbeteren. Dicht bij huis heeft ieder
individu de mogelijkheid om wat keuzes te maken. Bijvoorbeeld minder
autorijden, of zelfs geen auto meer. Keuzes van veel individuen hebben weer op
grotere schaal invloed. En dus gebeurt er ook het een en ander. Maar
veranderingen gaan vaak langzaam, zeg gerust maar moeizaam, vooral omdat we
vast zitten aan bestaande structuren.
Vergelijk het met
de wens om het transportmiddel ‘trein’ uit het eerste deel van de 19e
eeuw te vernieuwen. Je zit aan de rails vast. Net zoals we ‘vastzitten’ aan
gasleidingen. Auto’s worden
zuiniger, maar het blijven auto’s. Ze gaan 10 jaar en langer mee. Hybride
auto’s? Ze zijn er nu zo tien jaar. Een hybride auto die zelf zijn stroom
opwekt is weliswaar per km wat zuiniger, maar de elektriciteit is omgezette
fossiele brandstof en dus is de CO2-productie amper lager. Pas jaren
later kunnen hybride auto’s ook stroom uit een stopcontact halen. Maar gebruikt
men hierbij geen groene stroom en men telt ook de energie nodig voor de
productie van de batterijen, dan maakt de totale uitstoot van deze
milieuvriendelijke auto amper verschil in CO2 uitstoot. Het verschil
is pas de moeite waard als de auto volledig elektrisch is en ook nog geheel op
groene stroom rijdt.
Is waterstof voor autobrandstof een alternatief? Auto’s op aardgas of vloeibaar
petroleumgas (LPG) zijn wat luchtvervuiling betreft schoner, maar ook dat zijn
fossiele brandstoffen.
Als we kijken
naar ons energiegebruik in onze woonhuizen, dan is hier wel een aanzienlijke
verbeterslag gaande. Huizen worden in toenemende mate geïsoleerd. Nieuwe
voorbeelden en technieken worden geïntroduceerd in de Wijk van Morgen op
Bedrijventerrein Avantis, deels ook al in de praktijk gebracht bij
woningverbeteringen in de Kerkraadse buurt Spekholzerheide.
Duurzame
energiebronnen?
Maar hoe moet het
dan wel? Iedereen weet het. Er is eigenlijk geen alternatief. We moeten naar
veel meer gebruik van duurzame energiebronnen. Dat zijn bronnen die niet
voortkomen uit fossiele brandstof, maar passen in een korte kringloop: zon en
wind, bio-energie, waterkracht. Maar hoe komen we er? Kunnen naast de
energiebesparing de alternatieve, duurzame energiebronnen werkelijk een
belangrijke rol van betekenis spelen?
Zonnepanelen zijn
gemakkelijk plaatsbaar op daken en een enkel veld. Maar de energieproductie is nogal
wispelturig met ons weer, ze doen ‘t ’s nachts niet en in de winter maar heel
matig. Als er een bijna-zonsverduistering optreedt, draaien de energiecentrales
weer.
Toenemend is de
productie van biogas uit organische stof. Dat is geen probleem als die
organische stof afkomstig is afvalstoffen zoals snoeihout of zuiveringsslib van
rioolwater. Maar bij de schijt van varkens en kippen is er al sprake van een
grote verplaatsing van organische stof over de wereld omdat die dieren worden
gevoerd met graan, cassave, sojabonen en dergelijke. Die landbouwgrond kan beter gebruikt worden
om de mensen aldaar te voeden. Hetzelfde gebeurt in toenemende mate hier. Maïs
wordt niet meer geteeld voor veevoer maar voor de biovergasser. Hetzelfde geldt
voor koolzaad voor de productie van biodiesel.
Maar voor
biodiesel wordt ook weer veel palmolie gebruikt. Ethanol wordt gemaakt uit
suikerriet? De toenemende honger naar biobrandstoffen wordt vooral ook
aangewakkerd door de verplichting om deze brandstoffen bij te mengen bij gewone
diesel. Op zich natuurlijk aardig om zo het gebruik van fossiele brandstoffen
te verminderen, maar we komen hiermee van de regen in de drup. In nogal wat
landen wordt ongerepte natuur waaronder tropisch regenwoud gekapt om aan de
toenemende behoefte aan biodiesel te voldoen.
Als alternatief kunnen
we meer witte steenkool winnen: elektriciteit uit stromend water. Maar in ons
landschap is dat een druppel op een gloeiende plaat. Misschien zijn er wat meer
mogelijkheden met getijdenstroming? En hoe lukt dat met turbines die geen
massa’s vis slachten?
Dat brengt ons
bij een energie-neutrale samenleving? Een nobel streven. Nederland streeft tegenwoordig
naar de afgezwakte doelstelling van slechts 14 % duurzame energie in 2020. We
zitten nu nog niet op de helft.
En nu weten we al
niet meer waar we een windmolen moeten plaatsen omdat ie ook hinderlijk geluid
maakt en hinderlijke schaduwwerking heeft, of niet mooi staat aan de horizon. Misschien
helpen collectieven van burgers bij de bouw en exploitatie van windmolens? Als
een windmolen in de buurt staat, dan hebben zij niet alleen de nadelen maar ook
de financiële voordelen. Dat maakt een windmolen wellicht acceptabeler. Voor de
boer die ‘m plaatst op zijn land, is het overigens een goudmijn door de kleine
oppervlakte heel duur te verpachten.
Afsluitend de
algemene vraag: “Hoe krijgen we de wereld zover dat deze duurzame bronnen substantieel
en effectief worden in de ongelijke strijd tegen goedkope energiebronnen zoals schaliegas,
steenkool, kernenergie en minder wordende olie- en gasvoorraden? En met de overheersende
politieke en maatschappelijke tegenkrachten de duurzame energierevolutie
tegenhouden of op z’n minst sterk vertragen?”
Uit het voorgaande blijkt dat
‘energiepolitiek’ een zeer veelzijdig en complex onderwerp is met veel dilemma’s
en tegenstrijdige belangen. Het voorgaande betoog bestaat vooral uit ‘losse
gedachten’ die hier worden aangestipt maar ook elk weer een discussie op zich
zijn.