zaterdag 30 mei 2015

Afschaffen van BPM op nieuwe auto’s: kind met het badwater weggooien.

Het kabinet en in het bijzonder staatssecretaris Eric Wiebes, wil de Belasting op nieuwe Personenauto’s en Motorrijwielen (BPM) afschaffen. Dat is géén goede maatregel als je het aantal auto’s wil verminderen maar wel vooral schone auto’s wil bevorderen. Alle auto’s worden zo goedkoper en meer vervuilende auto’s worden net zo duur als schonere auto’s. Dus stimuleert deze VVD-staatssecretaris het autobezit en –gebruik. Je zou kunnen concluderen dat onze overheid wil dat luchtvervuiling en aantal en lengte van de files weer toenemen. Ze leggen blijkbaar ook liever nieuwe wegen aan, in plaats van fietsen en openbaar vervoer te stimuleren?

Onder andere vanwege de lagere BPM op schonere auto’s, waren de BPM-inkomsten in de schatkist de laatste jaren teruggelopen van € 3,6 naar € 1,1 miljard per jaar. De achterliggende redenering is dat het voor de staatskas niet meer zo veel uitmaakt omdat de inkomsten uit de BPM al fors minder waren. Dat zijn oneigenlijke argumenten.

De lagere BPM op auto’s die minder CO2 uitstoten, was geen gewone belastingmaatregel maar vooral een milieumaatregel, een vergroening van ons belastingstelsel. Voor deze milieumaatregel heeft de overheid niet gekozen voor regels maar voor stimuleren. De overheid had ook kunnen kiezen voor strengere regels op de uitstoot van CO2, maar dat vinden de fabrikanten en bezitters van vervuilende auto’s natuurlijk helemaal niet leuk. (Vergelijk het met de protesten tegen het niet meer met zwaar vervuilende auto’s in een aantal stadscentra mogen rijden). De keuze van de overheid voor stimuleren werd een groot succes.

Nu wil blijkbaar het kabinet het kind met het badwater weggooien. Natuurlijk was er veel op de BPM-kortingsregeling aan te merken. Dat kwam omdat te veel geluisterd is naar de ‘duurdere autolobby’. In verhouding profiteren vooral bedrijven en leaserijders van de stimulering. Daarbij komt dat semi-elektrische auto’s om meerdere redenen minder zuinig zijn als waar men eerst vanuit ging. Zo rijden ze in de praktijk vaak gewoon op  de fossiele brandstof benzine. Het meest berucht zijn auto’s zoals de Mitsubishi Outlander, die wel torenhoge voordelen bieden, maar waarvan het elektrische deel meestal te kort schiet.

Om de maatregel effectiever voor het milieu te maken, is een verfijning van de BPM-korting zeker nodig. Bijkomend voordeel is ook dat dan elders minder hoeft te worden bezuinigd. Er zou tenminste een groot voordeel moeten blijven bestaan voor zuiver elektrische auto’s (op duurzaam opgewekte stroom). Die voordelen zouden ook voor particulieren beter toegankelijk moeten zijn. Én een wat kleiner voordeel op auto’s die gewoon erg zuinig en schoon zijn, ongeacht de manier waarop ze dit bereiken. Men zou kunnen beginnen met één liter op 25 km (bij 90 km/uur) en deze norm over enkele jaren nog zuiniger maken.

Zo zie je dat de politiek maar vooral ook de verschillende politieke partijen wel degelijk keuzes maken. En dat uit die keuzes blijkt wat ze belangrijk vinden en wat niet. In dit geval: dure auto’s goedkoper maken of duurzaamheid bevorderen en klimaatverandering tegengaan. Duidelijk is dat de PvdA hier weer achter de VVD aanloopt. Of zet de PvdA de tijd gewoon terug indachtig een pleidooi van wijlen Joop den Uyl dat iedereen zijn Kever of Kadett moest kunnen rijden?

 

Geen opmerkingen: