Dion Graus heeft zich (weer eens) misdragen in de Tweede Kamer. Eerst suggereert hij dat een collega Kamerlid mogelijk een beginnend lijder aan Alzheimer was om vervolgens boos de vergadering te verlaten: “De voorzitter zette mijn microfoon uit. Dat was de zoveelste keer dat men de PVV de mond wilde snoeren”.
Marcel de Veen geeft ‘m daarop in zijn column Mijnstreek van 11 april 2008 de gratis tip: “Dion, tel eens tot tien”. Verwacht Marcel dat hij daarmee Graus wat fatsoensnormen kan bijbrengen? Ik denk dat dit goed bedoeld maar nogal naïef is en in ieder geval ijdele hoop is. Het ongepaste taalgebruik en het bijbehorende gedrag van het type politicus Graus zijn een belangrijk onderdeel van het bestaansrecht van zijn groep. Hun achterban verwacht dat ook. Dit wordt vergoelijkt met gemeenplaatsen als: “ferme uitspraken”, “duidelijk zeggen waar het op staat” of “hij durft de boel op te schudden”. Daarentegen wordt “politiek correct functioneren” als negatief afgeschilderd.
Ongenuanceerd taalgebruik en beledigende vergelijkingen worden volgens mij ook doelbewust gebruikt om de aandacht van de media te trekken. En daar slagen ze naar mijn mening te veel in. Voor hen geldt: “alle publiciteit is goede publiciteit”. De ruzie haalt de krant terwijl de inhoud volledig ontbreekt. Waarover ging het eigenlijk? Dat is uit het krantenartikel niet op te maken. Als de media zich meer op de inhoud van de politiek richten, dan neemt dat de populisten de wind uit de zeilen en dat zou het politieke klimaat aanzienlijk verbeteren. Misschien zijn grove uitspraken binnenkort wel geen nieuws meer? En als Graus cs. wel een zinvolle inhoudelijke bijdrage hebben en haalbare oplossingen aandragen, dan is hun de publiciteit ook wat mij betreft van harte gegund.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten