zondag 21 juni 2015

Minder belastingvermindering? Betere belastingverdeling door vergroening.


Vergroening van belasting moet belangrijke prikkel zijn voor duurzamer handelen.

De laatste grote politieke operatie van het kabinet van VVD en PvdA is een belastinghervorming. Die is niet zo zeer aan regels gebonden maar wel uitermate geschikt om politieke doelen mee te bereiken. En dus zet ik graag een aantal punten op een rijtje waar deze belastinghervorming volgens mij aan zou moeten voldoen.
Een belangrijk doel van nogal wat partijen is belastingverlaging. Daar is zo’n € 5 miljard voor beschikbaar. Door de economische crisis hebben ‘de mensen’ behoorlijk moeten inleveren aan koopkracht. En dus zal netto meer in de beurs door veel mensen worden toegejuicht.

Maar hoever reikt de solidariteit? Er zijn door de bezuinigingen van de laatste jaren nogal wat mensen meer dan gemiddeld slachtoffer geworden. Ook is er fors op natuurontwikkeling bezuinigd. Er zou op de eerste plaats overwogen moeten worden om een substantieel deel van het geld dat nu ‘over’ is, ingezet wordt om de pijn van de recente bezuinigingen te verzachten.
Ik denk daarbij ook vooral aan armoedebestrijding. De laatste jaren hebben de mensen met lage inkomens in verhouding meer ingeleverd. En de voedselbanken kunnen het werk niet meer aan. Ik vind dat met deze ombuigingen op de eerste plaats de mensen die het het hardst nodig hebben, ook het meest moeten kunnen profiteren. En ik vind dat ook de Rijksambtenaren na vier jaar weer recht hebben op een redelijke cao.

Het Rijk heeft in gedachte dat de gemeenten meer belasting moeten kunnen heffen. Dit deels om de bezuinigingen die werden ingeboekt bij de drie grote decentralisaties in de zorg, te kunnen compenseren. De indirecte belastingverlaging bij het Rijk gaat dus gepaard met een belastingverhoging bij de gemeentes. Met dergelijke ombuigingen schiet je als burger natuurlijk niets op. Maar politici trekken blijkbaar graag zo’n façade op.

Een ander doel is dat het allemaal eenvoudiger dient te worden. Nu is het zo dat nogal wat regels ingewikkeld geworden zijn, ook omdat we met meer gevallen of situaties rekening willen houden. Bij vereenvoudigen wordt het wel meer eenheid, waar minderheidsgroepen slachtoffer van kunnen worden. Die slachtoffers mogen natuurlijk niet tot je de primaire politieke doelgroep horen.

En nu volgen nog een aantal inhoudelijke doelen die met belastingombuigingen kunnen worden bereikt of gestimuleerd. De economie en de werkgelegenheid moeten er door groeien. Dat wordt waarschijnlijk door iedereen onderschreven. Een belangrijk middel hiervoor is dat de belasting op arbeid wordt verlaagd. Als de loonkosten omlaag gaan, dan worden producten en diensten goedkoper en zal er ook meer worden verkocht. Ook de concurrentiepositie met het buitenland neemt toe en dus de mogelijkheden voor export. Natuurlijk hebben ‘lageloonlanden’ een grote ‘voorsprong’, maar werknemers daar hebben ook recht op meer welvaart en tenminste ‘loon naar werken’. Hier zijn duidelijk tendensen waarneembaar dat de ‘maakindustrie’ weer meer levensvatbaar wordt.

Echter, loonkosten verlagen betekent bij gelijkblijvende overheidsuitgaven, (nog meer bezuinigen wil eigenlijk niemand meer), dat de Staat elders de inkomsten moet verhogen. De eerste uitgelekte voorstellen hiervoor zijn in dit verband uitermate onbeholpen. Met wil de Belasting Toegevoegde Waarde (BTW) van vrij veel diensten van het lage 6 % naar het hoge 21 %-niveau brengen. Hierbij moet worden gedacht aan de horeca, kappers, fietsenmakers, boeken en kranten, enz. Dit is natuurlijk tegenstrijdig aan het willen stimuleren van deze meestal arbeidsintensieve bedrijfstakken. Dat gaat werkgelegenheid kosten in plaats van opleveren. De BTW-verhoging zou ook van toepassing worden op het openbaar vervoer. Dat is natuurlijk niet acceptabel als je het gebruik van het openbaar vervoer wil stimuleren.

Een andere belasting die bij de ombuigingen in beeld is, is de Belasting op nieuwe Personenauto’s en Motorrijwielen (BPM). Staatssecretaris Wiebes (VVD) zou die willen afschaffen (zie hiervoor mijn stukje van eind mei). Uit de meest recente (uitgelekte) voorstellen blijkt dat door het verlagen van deze belasting over de gehele linie het aanschaffen van auto’s goedkoper wordt. Zet dit tegenover een BTW-verhoging van het openbaar vervoer, en dat wordt duidelijk dat deze belastingoperatie een zwaar politiek instrument is om partijpolitieke doelen te bereiken.

Dat houdt dus ook in dat je dit instrument ten goede kan gebruiken. Zeker als je stemmen hard nodig zijn om in de Eerste Kamer een meerderheid te vormen. En hier richt ik me tot GroenLinks en in het bijzonder de nieuwe politieke leider Jesse Klaver: stem alleen in met een pakket maatregelen waarmee eenduidig de politieke doelen van GroenLinks worden gerealiseerd. Acceptatie moet uitermate bestendig zijn tegen kritiek vanuit de eigen gelederen en doelgroepen. GroenLinks heeft nu een opleving in de opiniepeilingen. Maar GroenLinks is uitermate kwetsbaar als het gaat ‘meedenken’ en compromissen sluiten. Denk nog maar terug aan het ‘Lente-akkoord’ of ‘Kunduz-akkoord’, wat bij de Tweede Kamerverkiezingen van 13 september 2012 een van de belangrijkste oorzaken van de enorme nederlaag van 11 naar 4 zetels van het GroenLinks van Jolande Sap was. (Overigens vond ik het Lente-akkoord wel een aanvaardbaar politiek compromis.)

Hierbij volgen nog een aantal aanbevelingen voor de omvormingen van de belastingen. Deze worden gevat onder de noemer ‘vergroening van de belastingen’. Met vergroening wordt bedoeld de belastingen mee inzetten om onze samenleving duurzamer te maken door ons handelen milieuvriendelijker te maken. Onderdeel hiervan zijn natuurlijk de klimaatverandering en het verminderen van het gebruik van fossiele brandstoffen. Gedragsbeïnvloeding dus, en ook nog op vrij grote schaal. Duurzamer handelen wordt goedkoper en milieuonvriendelijke activiteiten worden duurder. De eerder genoemde BPM is daar een voorbeeld van, waarbij het lage tarief wordt gebruikt voor het (echt) stimuleren van zuinige en schone auto’s (zie mijn stukje van eveneens eind mei. ))Beleid sturen met de BPM verdient wel nog wat aanscherping, maar gooi hier niet het kind met het badwater weg.

Andere belastingverhogingen kunnen zijn: de accijns op fossiele brandstoffen (steenkool, aardolie, aardgas) verhogen. Vooral grootgebruikers (energiebedrijven, landbouwkassen) betalen veel te weinig belasting.
Denk in het bijzonder aan de vliegtuigbrandstof kerosine om het bijzonder milieuonvriendelijke vliegen te verminderen. Over de volle breedte wordt er te veel gereisd en getransporteerd. (Gisteren lagen er alleen maar appels uit Nieuw Zeeland in de winkel.) Minder transport stimuleert ook de regionale economieën. En wat al jaren storend is, is dat ontwikkelingslanden goed voedsel produceren voor in de winkel hier en ook veel veevoer, terwijl de eigen bevolking te maken heeft met voedseltekort en honger. Een verhoging van de BTW op vlees is dan ook heel logisch.

In dit verband streeft GroenLinks ook naar een hogere belasting voor internationale ondernemingen. Nederland is een belastingparadijs voor multinationals. Onder andere ontwikkelingslanden hebben hier veel last van omdat die multinationals door allerlei constructies hier weinig belasting betalen en daardoor in het land waar de omzet plaatsvindt, nog minder belasting betalen. We kunnen best meer doen aan ontwikkelingssamenwerking, maar op deze manier houdt Nederland veel landen arm! (Zie hier ook mijn stukje van eind april.)

Ik hoop dat het GroenLinks, met een aantal min of meer gelijkgestemde partijen lukt om een belangrijk deel van het voorgaande te realiseren. Anders moet Wiebes c.s. het maar zien te redden met hun belastinghervorming zonder de steun van GroenLinks.

 

Geen opmerkingen: