Bericht vanuit de commissie Cultuur, Welzijn en Leefbaarheid van Provinciale Staten van Limburg van 5 december 2014:
De
jeugdzorg wordt per 1 januari 2015 een verantwoordelijkheid van de gemeenten.
Tot nu toe was dat de zorg van de provincie. Al enkele jaren vindt de
voorbereiding plaats van deze transitie. In de commissie Cultuur, Welzijn en
Leefbaarheid van 5 december vond het laatste debat plaats voor de omwenteling.
Het was een discussie tussen de wat kritischere oppositiepartijen en de meer
optimistische gedeputeerde Peter van Dijk. In het kielzog van de gedeputeerde
liepen enkele partijen die deze omwenteling wel zien zitten en zelfs de
bezuinigingen ‘verkopen’ als mooie gelegenheid om verbeteringen door te voeren.
Wat
wel breed werd gedragen is dat de provincie in ieder geval z’n best heeft
gedaan om de overdracht van taken en verantwoordelijkheden zo goed mogelijk te
laten verlopen. Maar biedt de rapportage misschien wel een te optimistisch
vooruitzicht en is er niet hier en daar sprake van een onmogelijke opgave? Kan
er voldoende zorg worden geboden? Gaat de kwaliteit van de feitelijk te
verlenen zorg erop achteruit, of blijft deze gelijk of wordt die zelfs beter?
Hebben
de gemeenten hun nieuwe taakuitoefening op orde? De meeste gemeenten vinden van
wel, maar er zijn ook signalen van niet, waaronder van het Advies- en meldpunt
huiselijk geweld en kindermishandeling. Er zijn nog niet overal overeenkomsten
tussen de gemeenten en de zorgaanbieders (waaronder de Mutsaersstichting in
Midden-Limburg). Is er voldoende duidelijkheid naar de cliënten toe? En zullen
wachtlijsten mogelijk weer groeien?
De
bezuinigingen bij de zorgverlening worden deels opgevangen door minder zorg
‘tussen de muren’. Leidt dit tot ontslagen? Er zijn in ieder geval al signalen
dat de druk op de zorgverleners toeneemt, waardoor overbelasting dreigt en
minder enthousiaste medewerkers. Dat heeft ook zijn weerslag op de
zorgverlening en de jongeren die een steun in de rug nodig hebben.
Ik
hield een pleidooi voor het ondersteunen van de zorginstellingen, zodat ze het
geld dat ze van de gemeenten krijgen ook voor 100 % aan de zorg zelf kunnen
besteden. Er is sprake van € 200 miljoen ‘frictiekosten’, beschikbaar gesteld
door de Transitie Autoriteit Jeugdzorg. In hoeverre kan de provincie hierin mee
helpen?
Gedeputeerde
Peter van Dijk was van mening dat de gemeenten de zaak over het algemeen
voldoende op orde hebben om de stap te maken. Het is een gegeven dat per 1
januari de gemeenten de verantwoordelijkheid overnemen. Alle gemeenten hebben
overeenkomsten met de belangrijkste zorgaanbieders, zij het dat die contracten
nog niet allemaal definitief zijn. Zo beziet de gemeente Roermond met de
Mutsaersstichting over drie maanden opnieuw de situatie. De continuïteit van de
zorg is in ieder geval gegarandeerd. Er blijft geen kind in de kou staan! De ongewenste
wachtlijsten zijn vanaf 1 januari ook een verantwoordelijkheid van de gemeente.
Daarnaast
hebben de gemeenten ook reserves en risicopotjes. Er worden wel tekorten
gesignaleerd bij de gemeenten, maar er komt een nieuw verdeelmodel. Daarvoor
kan de provincie ook meehelpen lobbyen. Maar zelf geld geven, dat is onze rol
niet en daar is geen geld voor. (Dat laatste is een kwestie van willen, zeker
bij zo’n rijke provincie als de onze?) Maar van Dijk gaf tevens aan dat geld geven ook contraproductief kan
werken op de wel gewenste reorganisatie. De bezuinigingen als pressiemiddel
voor een andere werkwijze?
Van
de transitiemiddelen is nog € 500.000 beschikbaar. Voor de besteding zal de
gedeputeerde aan de commissie CWL op 23 januari een voorstel voor doen,
bijvoorbeeld voor projecten of het nog een poos laten doorlopen van de
advisering. Dan kunnen we ook bekijken of een op 7 november 2014 aangehouden
GroenLinksmotie over deze problematiek nog nodig is. En dan vooral of de
provincie een grotere inspanning moet doen in de nazorg van deze transitie, het
eventueel verrichten van noodreparaties en het voorkomen van groei van de
wachtlijsten.
Al
met al verwacht Peter van Dijk dat het inzicht hoe de omvorming in de praktijk
verloopt medio 2015 groter zal zijn. Dan komt ook het rapport van de
‘verkenners’ bij de gemeenten beschikbaar. Vooruitzien in de politiek is niet
altijd even eenvoudig. Maar dan zal blijken of de pessimistische of
optimistische kijk de meer realistische bleek te zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten