Een maandje of wat geleden heeft staatssecretaris Henk Bleker opgeroepen tot een nationaal debat over megastallen. De media hebben er over bericht, maar voordat ik eraan toe kwam om deel te nemen aan dit ‘debat’, was de inzendtijd al verstreken. Nu heb ik ook niet zoveel toe te voegen. Maar vier zaken wil ik wel kwijt, ook al hebben die niet specifiek betrekking op megastallen, maar meer op de nu al te grote productie.
De plannen van onze provincie en deze landbouwsector zijn vooral gericht op schaalvergroting en groei. Meer varkens en kippen. Ze hebben het over 30 % meer de komende jaren. En ze zitten nu al hoofdzakelijk op een kluitje, met alle risico’s van overproductie (de ‘varkenscyclus’) en dierziekten. Daarbij zorgt de (preventieve) bestrijding door overmatig gebruik van geneesmiddelen al te vaak voor immune bacteriën die ook de gezondheid van mensen bedreigen.
‘We’ willen allemaal graag goedkoop vlees op tafel, maar al die beesten moeten ook eten. De productie van vlees kost een veelvoud aan voedingswaarde van plantaardig voedsel. En veel van het veevoer wordt uit ontwikkelingslanden geïmporteerd. Daar is daarvoor goede landbouwgrond in gebruik en wordt tropisch regenwoud ‘ontgonnen’. We weten allemaal dat er op de wereld veel honger wordt geleden. De toename van vleesproductie zal de honger in de wereld doen toenemen. Dus verminderen zou het devies moeten zijn.
De megastallen zouden niet ten koste gaan van het dierenwelzijn. De Nederlandse varkens en kippen hebben het toch al veel beter dan de meeste soortgenoten op de wereld. Maar kippen die te kort op elkaar leven, gaan elkaar pikken. Het verbod op het knippen van hun snavels is daarom onlangs weer met 10 jaar uitgesteld. En varkens zijn intelligente beesten. Ze weten misschien niet wat ze missen, maar of een speelbal nu zo’n grote verbetering is? Vergelijk het eens met die blije koeien die echt dansen en springen als ze in de lente weer voor de eerste keer in de wei mogen. Echt dierenwelzijn voor varkens zit er niet in als ze niet ook eens mogen wroeten en luieren in de modder.
Regelmatig worden er grote branden gemeld in varkens- en pluimveestallen. Er scharrelen dan rond de boerderij wel wat kippen en varken rond, maar de meeste, en dat zijn er vaak tienduizenden, overleven zo’n brand niet. Ik moet er niet aan denken wat zich bij brand voor schrijnende taferelen in zo’n stal afspelen. De voorschriften voor het voorkomen van brand worden om bedrijfseconomische redenen minimaal gehouden. En bij méér verdiepingen is het nog moeilijker voor het vee om de nooduitgang te vinden.
Volgens mij is verdere schaalvergroting alleen goed te praten vanwege eng economische redenen (winstmaximalisatie). Maar zijn er teveel (maatschappelijke) argumenten tegen de megastallen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten