Anders Brehring Breivik pleegt op vrijdag 22 juli 2011 een bomaanslag op het regeringskwartier in Oslo met 8 doden tot gevolg. En hij doodt daarna 68 jongeren die deelnamen aan een zomerkamp op het eiland Utøya. Afschuwelijk daden, gepleegd door iemand die in zijn extremisme geen grenzen kende. Hoewel niemand zo’n daden voor mogelijk houdt, zijn er blijkbaar wel van deze maniakale mensen. En hoewel Breiviks daden weer uitzonderlijk zijn binnen deze categorie uitzonderingen, heeft hij ze wel met voorbedachten rade uitgevoerd.
Volgens de berichten hield Breivik de sociaaldemocratische partij van Noorwegen verantwoordelijk voor de islamisering van de samenleving en de immigratiepolitiek die in zijn ogen niet streng genoeg was. Breivik heeft zijn mening deels gevormd door de uitlatingen van Geert Wilders. Wilders voert een woordelijke kruistocht tegen de islam en de islamisering van onze samenleving. Als Geert Wilders reageert dat hij afstand neemt van “alles waar die man voor staat en heeft gedaan”, dan geldt dat ongetwijfeld voor zijn daden. Echter, Wilders en Breivik bekritiseren op vergelijkbare wijze de multiculturele samenleving.
Hoewel Wilders keer op keer aangeeft tegen geweld te zijn, roept dergelijke kritiek op de islam wel extreme reacties op. Denk daarbij ook aan de protesten in islamitische landen tegen de cartoons van onder andere Kurt Westergaard in de Deense krant Jyllands Posten in 2005 en de film Fitna, met brandstichtingen, geweld en doden tot gevolg. Maar ook dat Wilders bedreigd wordt waardoor hij al jarenlang politiebewaking krijgt. Deze consequenties aanvaardt Wilders. Voor een deel sterken deze reacties zelfs zijn mening over de islam. Maar moet je dergelijke reacties wel accepteren, mede in het besef dat je ze wel uitlokt? Breivik heeft die grenzen wel ruimschoots overtreden.
Had Geert Wilders de reikwijdte van zijn uitlatingen zelf beter moeten inschatten? Dat is achteraf praten. Dat iemand zijn denkbeelden zou gebruiken als reden voor dit excessieve geweld, kan Wilders niet hebben vermoed. Maar Wilders heeft wel vaak het verwijt gekregen van haat zaaien. (Zijn vertrouwelinge Laurence Stassen noemde in mei jl. een moskee een haatpaleis.)
Ondanks dat de vrijheid van meningsuiting belangrijker wordt geacht voor een veroordeling, moet deze afschuwelijke gebeurtenis Wilders toch aan het denken zetten? Wellicht dat hij vanuit zijn voorbeeldfunctie in de toekomst meer genuanceerde uitspraken doet met meer respect voor zijn opponenten?
1 opmerking:
Wilders doet in de politiek wel wat meer dan verbale agressie tegen moslims roepen.
Hij maakt ook Nederlandse linkse politici zwart en valt ze persoonlijk aan. Termen als "knettergek" in de kamer bijvoorbeeld.
Als antwoord roep ik ieder weldenkend mens op, lid te worden van een linkse politieke partij.
Laat het eilandje Utoya het symbool worden van een nieuw elan in linkse activistische politiek waar veel mensen zich bij betrokken voelen
Een reactie posten