Geert Wilders wordt toch vervolgd!
Het Openbaar Ministerie gaat Geert Wilders vervolgen voor zijn uitspraken tegen moslims e.d. Dat gebeurt op basis van een uitspraak van het Gerechtshof van Amsterdam, die donderdag 22 januari jl. bekend is gemaakt. Geert Wilders reageert met de opmerking dat het een zwarte dag is voor de democratie. Maar voor wie het objectief bekijkt, is dit een hele positieve wending voor onze democratie en een succes voor onze rechtstaat.
Wat gaat gebeuren is dat Geert Wilders verantwoording gaat afleggen voor zijn uitspraken. Uitspraken die zeer discutabel zijn en daarom ook terecht aan de rechter ter beoordeling worden voorgelegd. Daar is onze wet op ingericht.
Binnen het parlement is Geert Wilders vanzelfsprekend onschendbaar. In de Tweede Kamer moeten zijn collega’s het debat met hem aangaan. Maar het kan niet zo zijn dat Geert Wilders ook buiten het parlement ‘onkwetsbaar’ is en een onbegrensd beroep kan doen op de in de Grondwet verankerde vrijheid van meningsuiting. Dit grondrecht is samengevat in artikel 1 van de Grondwet, samen met de andere grondrechten. Deze grondrechten zijn gelijkwaardig aan elkaar. Uitingen die worden gedaan in het kader van de vrijheid van meningsuiting, zullen dus moeten worden gedaan in respect tot de andere grondrechten. Men kan deze vergelijking en daarmee de uitingen aan de rechters ter toetsing voorleggen.
Aan parlementariërs kan weliswaar meer vrijheid van meningsuiting worden toegekend; het plaatst hen niet boven de wet. Het gelijkheidsbeginsel blijft dus ook van toepassing voor parlementariërs en zij zullen net als iedereen in gelijke gevallen gelijk worden behandeld. Dus kan ook een parlementslid ter verantwoording worden geroepen als hij beledigingen uit en oproept tot ongelijke behandeling en discriminatie.
Dat dit in het geval Wilders nu ook daadwerkelijk gaat gebeuren is een overwinning van onze rechtstaat. De rechter zal nu vanuit zijn onafhankelijke positie oordelen en de uitingen van Geert Wilders toetsen aan de wet. Uit oogpunt van de rechtsgang is dit altijd al beter dan dat het Openbaar Ministerie het eigenstandige besluit neemt, niet tot vervolging over te gaan.
Daarbij verwacht ik (en dat is niet objectief) dat Geert Wilders zich wel degelijk schuldig en ook strafbaar heeft gemaakt. Ik baseer mij daarbij op een Juridische analyse van de uitspraken van Wilders van de Vereniging ter voorkoming en bestrijding van discriminatie Art. 1, van april 2008. De feitelijk uitingen van Wilders geven voldoende aanleiding te veronderstellen dat hij te ver is gegaan. Zijn uitspraken zijn namelijk zeer vergelijkbaar met uitingen die eerder wel als ontoelaatbaar bestraft zijn.
Wilders is tot nu toe vooral beschermd geweest door zijn vermeende grotere vrijheid van meningsuiting omdat hij parlementslid is. Deze ruimere interpretatie wordt ook gegeven aan kunstenaars, geestelijken, journalisten en opiniemakers en als we zo door gaan uiteindelijk aan iedereen? Daarbij heeft er een behoorlijke oprekking plaatsgevonden van wat wel en niet binnen de vrijheid van meningsuiting wordt toegestaan. Er zullen dus wellicht nu nieuwe grenzen worden getrokken.
Met dit proces is het naar mijn mening niet de bedoeling dat Geert Wilders niet meer gebruik kan maken van zijn vrijheid van meningsuiting. Hij kan nog steeds zijn mening uiten, maar wel wat minder beledigend / discriminerend en hopelijk ook wat meer genuanceerd.
Harrie Winteraeken.
Zie ook mijn bijdrage op mijn weblog Harrie Winteraeken online (www.hwinteraeken.blogspot.com) op 17 augustus 2008: “Wilders wordt (nog) niet vervolgd voor Fitna en uitlatingen in kranten”, eveneens gepubliceerd in mijn Berichten Vanaf de Zijlijn nummer 8 van augustus 2008.
zondag 25 januari 2009
donderdag 15 januari 2009
Petitie Stop verkoop Essent
Bovenstaand is in de titel een link opgenomen voor de ondertekening van een petitie tegen de verkoop van Essent aan RWE (op de website www.petities.nl).
Indiener Johan Martens van de statenfractie van GroenLinks Noord-Brabant verwacht deze petitie in te dienen op 24 april 2009.
Van harte aanbevolen.
Indiener Johan Martens van de statenfractie van GroenLinks Noord-Brabant verwacht deze petitie in te dienen op 24 april 2009.
Van harte aanbevolen.
Verkoop Essent aan RWE: duurzaamheid verkocht!
Verkoop Essent aan RWE: duurzaamheid verkocht!
De fracties van Groen Links in de provincies die aandeelhouder zijn van Essent (noord-Brabant, Limburg, Overijssel, Groningen, Drenthe en Flevoland) waren al geen voorstander van de verkoop van het Productie en Leveringsbedrijf van Essent. Daarmee zou de overheidsinvloed op dit energiebedrijf, nodig om de leveringszekerheid met name aan mensen met een laag inkomen en de duurzaamheid van de productie van energie te bewaken, sterk afnemen. De meerderheden, waarvan in de meeste gevallen CDA, PvdA en VVD deel van uit maken, besliste echter anders. Wel eisten deze dat werkgelegenheid en duurzaamheid een rol zouden spelen bij de verkoop.
Inmiddels is bekend geworden dat de raad van bestuur van Essent toe werkt naar een overname van dit bedrijf door het grote Duitse concern RWE.
Het goede nieuws is dat een overname door Vattenfall van de baan lijkt. Dit bedrijf kwam meermalen in opspraak door lekkende kerncentrales.
Het slechte nieuws is dat een overname door RWE betekent dat – afgezien van de verplaatsing van het hoofdkantoor en daarmee werkgelegenheid naar Duitsland – Essent in handen valt een concern dat weinig op heeft met duurzaamheid. In Limburg is bekend dat RWE massaal bruinkool afgraaft in Gatzweiler, waardoor niet alleen een aantal dorpen zijn verdwenen maar waardoor ook verdroging van een natuurgebied als De Meinweg dreigt en mogelijk zelfs De Grote Peel. Niet alleen met bruinkoolcentrales maar ook met kolencentrales is RWE verantwoordelijk voor een enorme uitstoot van CO2. Bij de planning van nieuwe energiecentrales door RWE wordt niet alleen gekozen voor bruinkool- en steenkoolcentrales, waaronder een in de Eemshaven, maar vooral kerncentrales. RWE is bezig met de bouw van kerncentrales in Roemenië en Bulgarije, waar de aardbevingsgevoeligheid groot is, en met de voorbereiding van 3 à 5 kerncentrales in Duitsland zodra een meerderheid van CDU en FDP een beëindiging van de Atomausstieg kunnen doordrukken.
Er is dus vanuit het oogpunt van duurzaamheid alle reden om niet akkoord te gaan met de verkoop van Essent aan de RWE. De GroenLinks-fracties in de provincies zullen hier niet mee akkoord gaan. Mocht het desondanks toch zover komen dan rest de klanten van Essent die milieu en natuur een warm hart toedragen en die hun verantwoordelijkheid willen nemen in de bestrijding van de klimaatcrisis, slechts de mogelijkheid om te zien naar een andere leverancier die een duurzamere energieproducent is dan RWE.
Johan Martens, lid Provinciale Staten voor GroenLinks in Noord-Brabant
Kees Schröer, lid Provinciale Staten voor GroenLinks in Limburg
Mimi van Olphen, lid Provinciale Staten voor GroenLinks in Overijssel
12 januari 2009
De fracties van Groen Links in de provincies die aandeelhouder zijn van Essent (noord-Brabant, Limburg, Overijssel, Groningen, Drenthe en Flevoland) waren al geen voorstander van de verkoop van het Productie en Leveringsbedrijf van Essent. Daarmee zou de overheidsinvloed op dit energiebedrijf, nodig om de leveringszekerheid met name aan mensen met een laag inkomen en de duurzaamheid van de productie van energie te bewaken, sterk afnemen. De meerderheden, waarvan in de meeste gevallen CDA, PvdA en VVD deel van uit maken, besliste echter anders. Wel eisten deze dat werkgelegenheid en duurzaamheid een rol zouden spelen bij de verkoop.
Inmiddels is bekend geworden dat de raad van bestuur van Essent toe werkt naar een overname van dit bedrijf door het grote Duitse concern RWE.
Het goede nieuws is dat een overname door Vattenfall van de baan lijkt. Dit bedrijf kwam meermalen in opspraak door lekkende kerncentrales.
Het slechte nieuws is dat een overname door RWE betekent dat – afgezien van de verplaatsing van het hoofdkantoor en daarmee werkgelegenheid naar Duitsland – Essent in handen valt een concern dat weinig op heeft met duurzaamheid. In Limburg is bekend dat RWE massaal bruinkool afgraaft in Gatzweiler, waardoor niet alleen een aantal dorpen zijn verdwenen maar waardoor ook verdroging van een natuurgebied als De Meinweg dreigt en mogelijk zelfs De Grote Peel. Niet alleen met bruinkoolcentrales maar ook met kolencentrales is RWE verantwoordelijk voor een enorme uitstoot van CO2. Bij de planning van nieuwe energiecentrales door RWE wordt niet alleen gekozen voor bruinkool- en steenkoolcentrales, waaronder een in de Eemshaven, maar vooral kerncentrales. RWE is bezig met de bouw van kerncentrales in Roemenië en Bulgarije, waar de aardbevingsgevoeligheid groot is, en met de voorbereiding van 3 à 5 kerncentrales in Duitsland zodra een meerderheid van CDU en FDP een beëindiging van de Atomausstieg kunnen doordrukken.
Er is dus vanuit het oogpunt van duurzaamheid alle reden om niet akkoord te gaan met de verkoop van Essent aan de RWE. De GroenLinks-fracties in de provincies zullen hier niet mee akkoord gaan. Mocht het desondanks toch zover komen dan rest de klanten van Essent die milieu en natuur een warm hart toedragen en die hun verantwoordelijkheid willen nemen in de bestrijding van de klimaatcrisis, slechts de mogelijkheid om te zien naar een andere leverancier die een duurzamere energieproducent is dan RWE.
Johan Martens, lid Provinciale Staten voor GroenLinks in Noord-Brabant
Kees Schröer, lid Provinciale Staten voor GroenLinks in Limburg
Mimi van Olphen, lid Provinciale Staten voor GroenLinks in Overijssel
12 januari 2009
Essent niet verkopen aan RWE
Blij met verkoop Essent aan RWE?
Op vrijdag 9 januari werd bekend gemaakt dat Rheinisch-Westfälisches Elektrizitätswerk AG (RWE) grote belangstelling heeft voor de overname van ons energiebedrijf Essent. De aandeelhouders van Essent, de Provincie Limburg voorop, lijken hier al mee te gaan instemmen. Er wordt immers een enorme hoeveelheid geld geboden. Maar is zo’n verkoop alleen maar positief? En wie betaalt?
Essent is nu een NV waarvan de aandelen in handen zijn van de gemeenten en provincies in het hoofdleveringsgebied van Essent (waaronder Limburg). In Limburg krijgen de aandeelhouders jaarlijks zo’n € 100 miljoen dividend. Dat is structureel in de begrotingen meegenomen. Dus hoeven we minder onroerende zaakbelasting te betalen en daar maken de politieke partijen weer mooie sier mee.
Dat deel van de winst van Essent wordt natuurlijk ook min of meer opgebracht door de inwoners en bedrijven van Limburg omdat dit in de tarieven is verrekend. De consument betaalt dus nu op indirecte en oneigenlijke wijze belasting.
De lagere overheden zijn zo gewend aan deze inkomsten, dat ze die ook willen blijven houden, ook al worden ze niet meer verdiend via energieverkoop. Daarom moeten ze Essent duur verkopen. Dat kan ook wel. Essent is erg veel waard, onder andere omdat het bedrijf in de loop van de jaren miljarden reserves heeft opgebouwd. Reserves zijn wel gedeeltelijk nodig voor een solide bedrijfsvoering, maar al meer dan 10 jaar geleden is erkend dat Essent moddervet is. En deze overreserves zijn dus eigenlijk ook te veel betaald geld voor de geleverde energie. Nu valt daar nog wel mee te leven, want het geld blijft min of meer beschikbaar voor onze maatschappij.
Maar als Essent een volledig private onderneming wordt, dan is het afgelopen met de primaire beschikbaarheid en zeggenschap over al dat geld. Daarnaast zal RWE Essent gedeeltelijk betalen met de reserves van Essent. Essent kost voor dat deel RWE niets. Essent wordt dus gedeeltelijk gegeven in plaats van verkocht. Daar zit dus weinig maatschappelijk rendement bij.
De Limburgse overheden zitten er na de verkoop warmpjes bij. Al moeten we maar afwachten of ze dit geld goed weten te beleggen en te besteden. Daarbij is een belangrijk motief dat er (boven het jaarlijkse dividend?) geld vrij komt voor de stimulering van de economie.
Maar RWE wil zeker weer winst gaan maken met de Essent – onderdelen, de kosten van de aankoop terugverdienen en eventueel de reserves weer aanvullen. Daarvoor zullen in de tarieven weer forse winstmarges worden ingebouwd. Dus de consument betaalt weer meer. Daar hoeven we niet zo blij mee te zijn.
En is RWE een betere energieproducent? Duidelijk is dat RWE nog tientallen jaren bruinkool zal gebruiken voor de productie van de elektriciteit (en wellicht ook voor de export naar Limburg). Dat is niet alleen een probleem voor het landschap vlak over de grens en de grondwaterstromen tot in Limburg. Bruinkool produceert ongebreidelde hoeveelheden CO2 en dat is een van de grootste oorzaken van de klimaatverandering. Essent maakt ook stroom uit fossiele brandstoffen, maar probeert ook steeds meer groene stroom te produceren. Het is echter helemaal niet zeker of de verduurzaming van de elektriciteitsproductie zal doorzetten met RWE aan het roer.
Het is al met al beter dat Essent niet wordt verkocht. De duurzame productie van elektriciteit kan onder de huidige eigendomsverhoudingen van overheidswege meer rechtstreeks worden gestimuleerd. Zonder verkoop zullen de tarieven niet extra stijgen. En als de overheden het werkelijk goed voorhebben met de Limburgse economie, dan zouden de tarieven ook naar beneden toe kunnen worden bijgesteld door de jaarlijkse € 100 miljoen dividend niet op te eisen en in de tarieven te verrekenen. Daar profiteren iedere burger en ieder bedrijf rechtstreeks van. Maar waarschijnlijk is bij onze bestuurders het hemd nader dan de rok?
Harrie Winteraeken
voormalig raadslid en statenlid voor GroenLinks.
Deze opiniebijdrage is op 13 januari 2009 grotendeels gepubliceerd op de opiniepagina van Dagblad De Limburger en Limburgs Dagblad.
Op vrijdag 9 januari werd bekend gemaakt dat Rheinisch-Westfälisches Elektrizitätswerk AG (RWE) grote belangstelling heeft voor de overname van ons energiebedrijf Essent. De aandeelhouders van Essent, de Provincie Limburg voorop, lijken hier al mee te gaan instemmen. Er wordt immers een enorme hoeveelheid geld geboden. Maar is zo’n verkoop alleen maar positief? En wie betaalt?
Essent is nu een NV waarvan de aandelen in handen zijn van de gemeenten en provincies in het hoofdleveringsgebied van Essent (waaronder Limburg). In Limburg krijgen de aandeelhouders jaarlijks zo’n € 100 miljoen dividend. Dat is structureel in de begrotingen meegenomen. Dus hoeven we minder onroerende zaakbelasting te betalen en daar maken de politieke partijen weer mooie sier mee.
Dat deel van de winst van Essent wordt natuurlijk ook min of meer opgebracht door de inwoners en bedrijven van Limburg omdat dit in de tarieven is verrekend. De consument betaalt dus nu op indirecte en oneigenlijke wijze belasting.
De lagere overheden zijn zo gewend aan deze inkomsten, dat ze die ook willen blijven houden, ook al worden ze niet meer verdiend via energieverkoop. Daarom moeten ze Essent duur verkopen. Dat kan ook wel. Essent is erg veel waard, onder andere omdat het bedrijf in de loop van de jaren miljarden reserves heeft opgebouwd. Reserves zijn wel gedeeltelijk nodig voor een solide bedrijfsvoering, maar al meer dan 10 jaar geleden is erkend dat Essent moddervet is. En deze overreserves zijn dus eigenlijk ook te veel betaald geld voor de geleverde energie. Nu valt daar nog wel mee te leven, want het geld blijft min of meer beschikbaar voor onze maatschappij.
Maar als Essent een volledig private onderneming wordt, dan is het afgelopen met de primaire beschikbaarheid en zeggenschap over al dat geld. Daarnaast zal RWE Essent gedeeltelijk betalen met de reserves van Essent. Essent kost voor dat deel RWE niets. Essent wordt dus gedeeltelijk gegeven in plaats van verkocht. Daar zit dus weinig maatschappelijk rendement bij.
De Limburgse overheden zitten er na de verkoop warmpjes bij. Al moeten we maar afwachten of ze dit geld goed weten te beleggen en te besteden. Daarbij is een belangrijk motief dat er (boven het jaarlijkse dividend?) geld vrij komt voor de stimulering van de economie.
Maar RWE wil zeker weer winst gaan maken met de Essent – onderdelen, de kosten van de aankoop terugverdienen en eventueel de reserves weer aanvullen. Daarvoor zullen in de tarieven weer forse winstmarges worden ingebouwd. Dus de consument betaalt weer meer. Daar hoeven we niet zo blij mee te zijn.
En is RWE een betere energieproducent? Duidelijk is dat RWE nog tientallen jaren bruinkool zal gebruiken voor de productie van de elektriciteit (en wellicht ook voor de export naar Limburg). Dat is niet alleen een probleem voor het landschap vlak over de grens en de grondwaterstromen tot in Limburg. Bruinkool produceert ongebreidelde hoeveelheden CO2 en dat is een van de grootste oorzaken van de klimaatverandering. Essent maakt ook stroom uit fossiele brandstoffen, maar probeert ook steeds meer groene stroom te produceren. Het is echter helemaal niet zeker of de verduurzaming van de elektriciteitsproductie zal doorzetten met RWE aan het roer.
Het is al met al beter dat Essent niet wordt verkocht. De duurzame productie van elektriciteit kan onder de huidige eigendomsverhoudingen van overheidswege meer rechtstreeks worden gestimuleerd. Zonder verkoop zullen de tarieven niet extra stijgen. En als de overheden het werkelijk goed voorhebben met de Limburgse economie, dan zouden de tarieven ook naar beneden toe kunnen worden bijgesteld door de jaarlijkse € 100 miljoen dividend niet op te eisen en in de tarieven te verrekenen. Daar profiteren iedere burger en ieder bedrijf rechtstreeks van. Maar waarschijnlijk is bij onze bestuurders het hemd nader dan de rok?
Harrie Winteraeken
voormalig raadslid en statenlid voor GroenLinks.
Deze opiniebijdrage is op 13 januari 2009 grotendeels gepubliceerd op de opiniepagina van Dagblad De Limburger en Limburgs Dagblad.
Abonneren op:
Posts (Atom)